Verzuipen of leren zwemmen – doelen stellen en meten levert slechts 10% uitval!
In de tweede sessie die ik bijwoon vertelt een delegatie van het AOC Groenhorst college over de manier waarop ze in staat zijn geweest om de uitval voor niveau 2 en 3 terug te brengen tot onder de 10% met als titel: “Verzuipen of leren zwemmen!”. Van belang is om op te merken dat men in het eindtermgerichte cohort toentertijd een uitval van 50% als dieptepunt had.
Tot drie jaar geleden was er geen onderscheid tussen de niveau 2, 3 en 4 opleidingen. Een team met een aanpak maakte het onderwijs. Er was geen oog voor de verschillende behoeften van de niveau 2 en 3 studenten.
Om dit voor elkaar te krijgen heeft men als team een actieplan geformuleerd met een viertal actiepunten:
- Verbetering voorbereiding:
- Intake is sterk aangepast door het toekomstige docententeam de intake te laten verzorgen. Ook worden studenten bij aanvang getoetst (m.b.v. CITO) met een niveaumeter. Zo weet men wie men in de klas heeft.
- Introductiedag voor de zomervakantie.
- Introductieweek met een kamp.
- Structuur van de opleiding:
- Onderwijs wordt aangeboden in thema’s.
- Duidelijk blokboek waarin beschreven staat wat er verwacht wordt van de leerling.
- Betere verdeling van de uren in het rooster, zodat men niet meer voor 2 uur naar school komt. In praktijk komt men dan gewoon niet.
- Duidelijke onderwijsstructuur waarbij gestart wordt met veel begeleiding in leerjaar 1 dat stap-voor-stap afgebouwd wordt.
- Mix van werkvormen om afwisselend onderwijs te bieden, zodat de studenten “erbij” blijven.
- Vaker toetsen – in het begin in kleinere brokjes, later grotere brokken.
- Begeleiding is teamzaak:
- Wekelijkse leerling en klasbespreking door het gehele team.
- Teamscholing op het gebied van gedragsproblematiek door het gehele team.
- Dubbelmentoraat, zodat een student kan kiezen voor de rolverdeling die het beste bij hem/haar past.
- Huisvesting van het team in een ruimte, zodat docenten en leerlingen een eigen plek hebben.
- Consequenties:
- Lik op stuk beleid, zodat leerlingen duidelijk aangesproken worden op hun gedrag. Denk hierbij aan het hebben van een boek, papier en pen. Als dit niet het geval is, dan de leerling hierop aanspreken. Geen boek is niet in de les. Hetzelfde geldt voor op tijd zijn in de les.
- Aanwezigheidsplicht dat bijgehouden wordt per vak en per periode. Hierover wordt contact gezocht met de ouders.
- Behoud van een goede sfeer in de klas.
Om feiten te verzamelen over de opleiding heeft men leerlingen een enquête afgenomen. Een aantal opvallende zaken:
- 72% van de leerlingen is positief over de intake.
- 83% van de leerlingen maken een bewuste keuze voor de opleiding.
- 45% van de leerlingen had moeite met de overstap naar het MBO. Toch vindt 83% aansluiting bij het MBO.
- 31% van de leerlingen heeft eraan gedacht om te stoppen. Hiervan wilde 30% een andere studie kiezen.
- 82% van de leerlingen vindt de begeleiding op school goed.
- 51% van de leerlingen vindt de begeleiding tijdens BPV goed, waarbij 24% de begeleiding matig vindt.
- 86% van de leerlingen vindt dat de sfeer binnen de school erg belangrijk is voor het resultaat.
- De meeste leerlingen vinden de afspraken rondom aanwezigheid, et cetera. niet nodig. Toch vindt het docententeam dat dit bijdraagt aan het succes.
Waarom al deze cijfers? Meten is weten, en geeft je de mogelijkheid om datgene te verbeteren dat verbeterd moet worden op basis van de beleving van de studenten. En zo stap-voor-stap tot beter onderwijs te komen.
Leuk is de start van deze presentatie waarin gevraagd wordt om met drie ballen te jongleren. Aan het einde komt men hierop terug en laat men op video zien hoe dit in de klas is aangepakt. Stap-voor-stap legt de docente uit wat je moet doen, en laat ze meteen oefenen.
Een mooie metafoor voor slechte en goede implementaties van cgo: verzuipen of leren zwemmen!
Dit artikel is ook gepubliceerd op Innovatie in ICT en Onderwijs, klik hier om je op de RSS-feed te abonneren.
Geen berichten